De kracht van tranen
Huilen kennen wij mensen als een uiting van emotie. Je kan huilen van verdriet of boosheid maar evenzeer kunnen waterlanders opgeroepen worden door een gevoel van ontroering of vreugde. Over huilen bij volwassenen valt er bitter weinig wetenschappelijk onderzoek terug te vinden. Volgens studies zouden mannen minder huilen dan vrouwen en voornamelijk in specifieke situaties (bv. bij het overlijden van een naaste). Huilen zou bij mannen en vooral door mannen, nog steeds geassocieerd worden met een gevoel van zwakte. Tijd dus om dat taboe te doorbreken.
 
Wanneer huilen getriggerd wordt door een emotie dan is het ons tweede brein, zijnde ons emotionele brein dat de tranen veroorzaakt. Heel wat mensen kregen als kind te horen dat ´grote meisjes en jongens niet huilen´. Ouders zeggen dit vaak met de beste intenties maar op dat moment gaan we onze tranen inhouden en sterk zijn. Deze vroege conditionering zorgt er voor dat we een zekere angst ontwikkelen om ons kwetsbaar te gaan opstellen. Als gevolg stopt ons lichaam met helen en start het met het vasthouden van emoties. Dit hele proces is van invloed op ons zenuwstelsel.
 
Wanneer de ratio gaat overheersen dan komen we vast te zitten in ons hoofd. We zitten meer in een denkmodus en minder in een voelmodus. Wanneer je dit patroon jarenlang aanhoudt dan is dit als het ware een survival modus geworden en dan wordt het een hele opgave om opnieuw naar dat voelen te gaan. Want die denkmodus, die voelde best wel veilig. Toch?
 
Het eerste wat mensen vaak doen wanneer ze bij me in de zetel komen zitten is huilen. Plots zijn ze er. De tranen die maar geen uitgang vonden. Vaak is de erkenning voor hun verdriet meer een opluchting dan het huilen an sich. Bij velen zijn de zoute druppels er vanaf de eerste woorden die ze uitspreken. Moeilijke, pijnlijke woorden. Gebeurtenissen, herinneringen die hen terug katapulteren naar een ver of nog te dichtbij verleden. Vaak zegt men ‘sorry’. Men excuseert zich voor emoties die tot uiting komen. Het is een voorbeeld dat aantoont hoe fout we met emoties en dan vooral die van pijn en verdriet maar al te vaak omgaan in onze maatschappij. Ik heb verdriet, ik huil, ik excuseer mij. Ik veeg weg, ik doe een poging tot lachen, ik ga verder met de taak van de dag.
 
Wanneer jouw verdriet niet kan geuit worden dan gaat ons lichaam beginnen kreunen. Mensen krijgen hoofdpijn, nek- en rugklachten, spierpijnen, maagpijn, etc… Als je emoties als angst en verdriet heel lang weg stopt in de koelkast dan kan je op termijn ook minder genieten van fijne gevoelens zoals liefde en blijdschap. Welke emotie je ook doormaakt op welk moment ook, als je ze leert toe te laten op een gezonde manier dan zal je je op termijn stukken beter voelen.