Het eeuwige leven promoten: is dat goede zorg?
Ik lees het volgende: ´Gespreksavond met dokter, cardioloog met als thema ‘Dokter, mag ik eens wat vragen? Hoe word ik 100 jaar?’ De cardioloog gaat praten over levensduur en hoe het te verlengen.´
 
Nu, ik moet opletten om niet veroordelend te gaan denken en schrijven want ik weet immers niet wat de arts in kwestie als boodschap gaat meegeven die avond. Ik heb ook geen plannen om me die avond richting deze lezing te begeven. Een mooier thema dat me zou hebben aangesproken: ´Dokter, hoef ik echt 100 jaar te worden?’ De arts gaat praten over hoe onze geneeskunde door middel van spitstechnologie het leven van patiënten vaak op een mensonwaardige wijze verlengd.’ Dat thema, wel dat lijkt me iets meer realistisch voor dit medische tijdperk waar we ons allen in bevinden.
 
Ik doe alvast mijn schaatsen aan want ik begeef me op glad ijs lieve mensen door hierover te schrijven. Ingaan tegen de opinie van mensen met macht en vooral diegene die hun invloed kunnen gaan misbruiken, het blijft een risico met grote kans op zere en blauwe schenen. Maar door alweer slaafs de kudde te volgen zijn er nog nooit stenen verlegd.
 
Dergelijk gekozen thema, op deze wijze verwoord, toont aan hoe moeilijk en gevoelig het levenseinde nog steeds ligt bij vele artsen. Het is veel makkelijker om aan de familie te zeggen: ‘We kunnen uw vader van 93 jaar nog opereren en door middel van een minder invasieve techniek een nieuwe hartklep geven.’ De vele risico’s die bij dergelijke minimaal invasieve ingreep gepaard gaan, die ‘vergeet’ men dan vaak te bespreken met de familie en al zeker niet met de 93 jarige patiënt. Met lede ogen heb ik aanzien hoe het vaak fout liep en de familie compleet ontredderd aan bed stond van hun geliefde ouder of grootouder. Want ‘dit ging toch een simpele ingreep zijn?’, zo had de arts hen immers verteld.
 
Ik neem jullie even mee in de wereld van de befaamde TAVI klep, de Transcatheter Aortic Valve Insertion en het gebruik ervan bij ouderen. De aortaklep van ons hart voorkomt dat er bloed uit de aorta naar de hartkamer terugvloeit. Door ouderdom kan deze hartklep verkalken en dichtslibben. Dit fenomeen heet in de medische wereld aortaklepstenose en is één van de meest voorkomende hartklepaandoeningen bij volwassenen. Een klassieke behandeling, is de klep chirurgisch gaan vervangen door een prothese.
 
Voor een fragiele oudere kan een openhartoperatie risicovol of door bijkomende aandoeningen zelfs onmogelijk zijn en dan promoten sommige artsen ‘DE’ percutane TAVI klep. Bij deze methode wordt de nieuwe hartklep via de grote liesslagader (zo medisch niet mogelijk dan wel via een andere slagader) naar het hart geschoven. Kostprijs: tussen de 14.000 en 18.000 euro per klep, jawel u leest het goed. TAVI versus conventionele open klepvervanging: 32.209 euro en 25.165 euro. De houding van het RIZIV met betrekking tot terugbetaling verschilt sterk van land tot land. In België was er aanvankelijk geen terugbetaling omdat men twijfels had over de veiligheid van de ingreep en de hoge kostprijs. In het verleden zorgde het TAVI verhaal al voor verhitte discussies omdat enkele cardiologen in de media gingen promoten dat zij als artsen en/of hun ziekenhuis, de kostprijs van de ingreep zelf betaalden. Een nobel gebaar toch?
 
Uit tal van onderzoeken blijkt, dat voor patiënten die nog op de klassiek manier kunnen geopereerd worden, TAVI geen betere overleving biedt en patiënten dubbel zoveel risico lopen op een beroerte. Zelfs na een succesvolle TAVI ingreep blijft de levensverwachting van de oudere en hun levenskwaliteit beperkt. Feit: er is de vergrijzing van onze bevolking en er is deze TAVI ingreep die een soort van lapmiddel is geworden en dus meer en meer aan oudere patiënten wordt aangeboden.
Ondertussen besloot onze overheid om de ingreep onder volgende voorwaarden toch terug te betalen: de patiënt mag geen andere aandoeningen hebben die de levensverwachting beperkt tot minder dan één jaar en de ingreep moet uitgevoerd worden in een erkend centrum waar een team – bestaande uit meerdere interventie cardiologen, een vaatchirurg en een geriater – de ingreep superviseren. Wat ik mis, wanneer ik op verschillende websites van ziekenhuizen ga lezen over hun protocol inzake TAVI procedure bij de bejaarde zorgvrager, dat is dat er van palliatieve zorg nergens sprake is.
 
Het leven is eindig en dat feit is voor velen, al zeker artsen, heel confronterend. Waarom gaan we een hart dat 93 jaar zijn werk heeft gedaan nog voorzien van een nieuwe hartklep? Om 100 jaar te worden? Is dat het antwoord en de doelstelling van onze huidige klassieke geneeskunde? Zo ja, kunnen we daar dan ook een professioneel en tijdig palliatief beleid aan koppelen. Dat laatste blijkt een moeilijke bewustwording.
 
Ik hoop oprecht dat artsen die dergelijke thema’s gaan promoten, dringend hun kennis gaan bijschaven over palliatieve- en levenseindezorg. 17 jaar werkervaring leerde me dat ze er nul affiniteit mee hebben en bij hun patiënten ‘palliatieve zorg’ pas gingen inzetten wanneer ze zich in hun laatste levensuren bevonden.
 
‘Dokter die deze gespreksavond organiseert, mag ik eens wat vragen? Wanneer gaat u inzien dat een patiënt geen 100 jaar hoeft te worden en palliatieve zorg tijdig inschakelen een wereld van verschil kan maken voor zowel de patiënt als zijn naasten?’